Trainen op je eigen Slagfrequentie

Trainen op slagfrequentie

Als je al aardig wat zwemervaring hebt, dan is het interessant om je slagfrequentie eens onder de loep te nemen. Je kunt dan een slagfrequentietest doen.

Wat het oplevert? Een indicatie of je op de juiste slagfrequentie zwemt, of dat je winst kunt boeken door op een andere slagfrequentie te gaan zwemmen. In de meeste gevallen zit die ruimte er nog!

Gisterenavond deden we zo’n test met Lisette. We verklappen alvast even haar reactie die we vanmorgen in de mailbox ontvingen:

“Het geeft antwoord op de vraag waarom ik geen progressie maakte in snelheid terwijl ik wel veel train. Het verhogen van de slagfrequentie moet zeker lukken. Gaaf om te zien hoeveel verschil dit uitmaakt. Motiveert ontzettend!”

Kijk, dan begint je dag goed toch. Maar hoe werkt het dan?

We hebben Lisette laten zwemmen en haar basis slagfrequentie bepaald. Het tempo waarop zij normaal gesproken met gemak lange stukken kan zwemmen. Dat is 52. En dat wil zeggen: per minuut steekt Lisette 52 keer haar arm in.

Vervolgens zijn we de test gaan doen. Lisette zwemt telkens 100 meter waarop ze zwemt op het ritme van de tempo trainer. Dat is een klein apparaatje dat je achter je oor en onder een badmuts draagt, waardoor je de piepjes goed kunt horen. Na elke 100 meter wordt de tijd opgeschreven en geeft Lisette aan hoe makkelijk of zwaar ze het vond zwemmen. Ook worden af en toe het aantal slagen geteld die Lisette nodig heeft om 25 meter te zwemmen.

We starten op een sf -3 om er even in te komen. Elke ronde wordt de tempo trainer sneller gezet. Om een betrouwbaar meetresultaat te hebben moet de rusttijd ongeveer hetzelfde zijn. In dit geval kozen we voor een vaste starttijd van 2’30.

Resultaat slagfrequentie test?

*** langzamer keerpunt ivm andere zwemmer / deze meting klopt eigenlijk niet.

Wat valt op over de slagfrequentie?

• Op Lisette’s natuurlijke slagfrequentie zwemt zij een tijd van 1.54.6 op 100 meter. Bij een sf van 54 is dat 1.50.6 en bij een sf van 55 is dat 1.46.8. Maar liefst 8 seconde sneller op de 100 meter. De tijd is sneller en zij geeft zelf aan dat er op dit tempo een betere doorhaal mogelijk is. Deze sf is prima vol te houden, ook over langere afstand.
• Bij een sf van 57 en hoger wordt de tijd nog sneller, maar geeft Lisette aan dat het tempo te hoog is om langer door te zwemmen. Voor nu is dat dus te hoog gegrepen.
• Bij een sf van 60 wordt de tijd zelfs weer langzamer. Logisch, want het tempo ligt (op dit moment) te hoog om de techniek te kunnen vasthouden.

Zelf slagfrequentie meten?

Het is zeker de moeite waard voor ervaren zwemmers om dit zelf ook eens te doen.

Nodig:

• Een A4 tje waarop je de kolommen maakt (voorbeeld hieronder)
• Iemand op de kant met een stopwatch die je tijden meet en noteert
• Iets om je huidige slagfrequentie te bepalen. Dat kan zijn: een stopwatch met deze speciale functie zoals de 3*300 van Finis (= verreweg het meest eenvoudig) OF iemand die het aantal slagen gedurende 15 seconde telt (en keer 4 doet om er een minuut van te maken). Let op: in dat geval mag er natuurlijk geen keerpunt in die 15 seconde zitten en het is minder nauwkeurig.
• Een Tempo Trainer Pro om het tempo te kunnen aanhouden – en om later te gebruiken om op je ideale sf te gaan trainen.

Hulp nodig?

In een privetraining (in Maarssen) kunnen we een slagfrequentietest voor je afnemen. Een tempo trainer kun je van ons lenen.